maandag 6 juli 2020

Onderbuik-componist


In de Symfonie Fantastique droomt Berlioz zich een slag in de rondte, om met een nachtmerrie te eindigen

De Franse componist Hector Berlioz maakte van zijn leven graag een grand opéra. Zo was hij ooit verloofd met een pianiste uit Parijs. Toen hij voor onbepaalde tijd in het buitenland zat vernam hij echter na enkele weken dat ze op het punt stond te trouwen met een ander. Hij plande vier moorden: haar schoonmoeder – de kwade genius – haar minnaar, zijzelf, en zijn eigen persoon moesten eraan geloven. Saillant detail: hij zou zich daarbij vermommen als kamermeisje, alsof zijn moordlustig plan bij zijn terugkomst in Parijs blijkbaar op zijn voorhoofd stond geschreven.

Deze heetgebakerde dramaticus, die gelukkig nog net op tijd zijn pistool in zijn zak wist te houden, begon zijn loopbaan in een tijd dat Duitse muziek de mode bepaalde in Parijs. Overzichtelijke werkjes, waarin het beginthema, na een soort van tussenspel, wordt gecontrasteerd door een schaduwthema, als twee acteurs die worden voorgesteld. Daarna gaan ze met elkaar in debat en kan er van alles gebeuren. Wanneer de storm luwt klinken beide thema's weer netjes na elkaar, alsof ze nog één keer buigen naar het publiek. De cirkel is rond, het doek valt.

Berlioz, tegendraads als altijd, deed het vaak anders. Menige keer plaatst hij aan het begin van een stuk zomaar wat fragmenten na elkaar die uit het niets komen en nergens naar toe gaan. Als we een tijdje onderweg zijn duikt dan, middenin dit mistige moeras, opeens een melodie op die, zo blijkt door zijn veelvuldige herhaling, opeens het hoofdthema blijkt te zijn. Eerst de onderbuik beroeren, dan ter zake komen, luidde zijn devies, en zo gek is dat nog niet.

Wie wil weten hoe dat klinkt moet maar eens luisteren naar de opening van zijn Symfonie Fantastique, het meesterstuk waarin hij zwijmelt over zijn hopeloze verliefdheid op Henriëtte Smithson, een beroemde Britse Shakespeare-vertolkster. In vijf delen droomt hij zich een slag in de rondte, om met een vreselijke nachtmerrie te eindigen. Het leuke is nu dat hij haar ook zover wist te krijgen een vertolking bij te wonen, en zij helemaal niet door had dat ieder noot over haar ging. Later werd ze zijn vrouw – waar blinde hartstocht en een geniaal talent al niet toe kan leiden.

Zou ze hebben aangevoeld dat Berlioz een prachtige melodie aan haar wijdde? We weten het niet. Het wijsje – hij noemde het een idée fixe – keert in álle vijf de delen terug en fungeert als herkenningspunt voor de luisteraar. Het plan was compleet nieuw. En niet te missen: bij zijn eerste verschijning na een minuut of vijf gaan er twee daverende akkoorden aan vooraf. Als een dramaticus aan het woord is zorgt hij er wel voor dat zijn publiek recht zit.

Gepubliceerd 3 april 2019 in Dagblad De Limburger







Geen opmerkingen:

Een reactie posten