donderdag 26 februari 2015

Raadselachtig mooi


In de Enigma Variaties verstopt Edward Elgar een onoplosbaar raadsel in meesterlijk mooie noten.


Bron: Counter-Currents Publishing
Edward Elgar was dol op raadseltjes. Hoe moeilijker hoe leuker. Ooit schreef hij een brief in geheimschrift aan zijn vriendin Dora Penny waar geen touw aan was vast te knopen. Penny vroeg hem naar de vertaling maar Elgar hield zijn kaken stijf op elkaar. Na zijn dood wijdde ze er een stukje aan in haar memoires over de componist en riep lezers op mee te denken. Tot op de dag van vandaag - achtenzeventig jaar na het verschijnen van het boek - heeft niemand de code nog kunnen kraken.

Iets soortgelijks flikte hij met zijn Variations on an original theme, een orkestwerk waarmee Elgar in 1899 definitief doorbrak. Boven het thema schreef hij Enigma, en deed er een handvol cryptische omschrijvingen bij. Het kwam er zo'n beetje op neer dat het thema een soort van tegenmelodie bij een bekend deuntje moest zijn, maar die evergreen zélf klinkt nergens, net zoals er ook romans zijn waarin de hoofdpersoon nooit aan het woord komt. Om welk moppie ging het in godsnaam? Zo'n zoektocht haalt de detective in de musicoloog naar boven, maar anno 2015 blijft er nog steeds wat te gissen over.

Onoplosbare raadsels hebben blijkbaar een magische aantrekkingskracht op het gilde. Een nadeel heeft het wel: over de muziek zelf wordt nauwelijks nog gerept. Het zou een trefzeker recept zijn voor een onzeker componist: geef je publiek wat te puzzelen. Het garandeert in ieder geval dat er over je wordt gepraat, en het leidt bij de borrel na afloop mooi af van je noten.

Elgar had dat soort afleidingsmanoeuvres helemaal niet nodig, al was hij een autodidact die pas na zijn 35e een beetje op gang leek te komen. In iedere variatie - veertien in totaal - schetst hij aan de hand van hetzelfde thema een portret van iemand uit zijn kennissenkring. Vaak gaat dat vergezeld van een persoonlijke noot: het koddige lachje van de amateurpianist licht op in het hout, de uitgever die dol is op Beethoven wordt geïllustreerd met een muzikale verwijzing naar zijn idool.

Wie het weet hoort het terug, maar ook zonder die inside-information blijf je bij de les, want de manier waarop de componist het thema telkens van kleur doet verschieten is intrigerend. De ene keer drapeert hij een schimmige kronkellijn als een warme deken rond het thema, een andere keer recyclet hij een handvol oorspronkelijke noten tot een schimmig begeleidingsfiguur. Aan het slot verrijkt hij het origineel met een paar klaagrijke riedels, geeft ze aan de cellist, en laat die vervolgens doen wat hij het liefst doet: kreunen om zijn moedertjelief.

Elgar maakte universele kunst van een persoonlijke portrettengalerij. Misschien was dat wel het grootste enigma.


Gepubliceerd in Dagblad de Limburger/ Limburgs Dagblad d.d. 25-02-2015









Geen opmerkingen:

Een reactie posten